De systeem van de Burgerlijke stand werd door de Fransen ingevoerd in 1796. Het verving de afgeschafte parochieregisters. De gemeenten moesten vanaf nu voor geboortes, huwelijken en overlijdens akten opmaken. Deze akten werden in tweevoud opgesteld: één exemplaar werd door de gemeente bewaard, één exemplaar werd overgedragen aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg. De exemplaren voor de rechtbank van Eerste Aanleg moeten na 100 jaar verplicht overgedragen worden aan het Rijksarchief.
De aktes van de burgerlijke stand zijn een bijzonder interessante bron voor het opmaken van je stamboom. In een geboorteakte vind je uiteraard de gegevens van de baby, maar ook de namen van de ouders met hun leeftijd, geboorteplaats, beroep en adres. Ook in de huwelijksakten vind je dergelijke gegevens. Naast de geboortedata en -plaatsen, woonplaatsen en beroepen van de gehuwden, vind je er ook de namen en gegevens van de getuigen in terug, en soms ook een verwijzing naar de notaris bij wie een huwelijkscontract opgesteld werd. In de overlijdensakten vind je de datum en plaats van overlijden en geboorte, verwijzingen naar de echtgeno(o)t(e) en/of ouders en de mensen die melding maken van het overlijden.
De registers van de burgerlijke stand zijn openbaar via de online databank na:
100 jaar voor geboorteakten
75 jaar voor huwelijksakten
50 jaar voor overlijdensakten
Originelen worden niet ter inzage gegeven, dit om beschadigingen te voorkomen.
Akten uit de registers die jonger zijn dan 50, 75 of 100 jaar kan je aanvragen wanneer de aktes betrekking hebben op jezelf, je echtgeno(o)t(e) of de partner waarmee je wettelijk samenwoont. Ook een wettelijke vertegenwoordiger, je bloedverwanten (in opgaande of neerdalende lijn), de erfgenamen, de notaris of de advocaat hebben recht op een afschrift of een uittreksel. Dien je aanvraag in bij de dienst Burgerlijke stand. Zij behandelen je aanvraag.